VIPA= Vlaams Infrastructuurfonds voor Private Aangelegenheden
Naast het klassieke subsidiesysteem waarbij de overheid voorzieningen subsidieert op basis van facturen van gemaakte kosten voor gebouwen en infrastructuur, ontstond met het invoeren van de persoonsvolgende financiering en de overgang van aanbodgestuurde naar vraaggestuurde zorg een nieuwe vorm van subsidie voor kosten ivm infrastructuur nl. het infrastructuurforfait.
- Wat houdt dit in?
Het infrastructuurforfait is een subsidie die een ouderinitiatief voor dagbesteding of wonen kan aanvragen nav een concrete investering in infrastructuur zoals de aankoop of renovatie van een gebouw.
De subsidie is enkel voorzien voor ‘bovengebruikelijke kosten’ die gemaakt worden. Het gaat dus om een subsidie voor de meerkost die ontstaat omdat het gaat over een project voor personen met een beperking. ‘Gewone woonkosten’ of kosten die gemaakt worden voor bijvoorbeeld het bouwen van een administratieve ruimte komen niet in aanmerking.
De subsidie wordt toegekend als een forfait per aanwezigheidsdag en per persoon vanaf de ingebruikname van de gebouwen. Het geldt zowel voor aanwezigheidsdagen binnen RTH (rechtstreeks toegankelijke hulp) als NRTH (niet rechtstreeks toegankelijke hulp).
Eens goedgekeurd blijft de subsidie in principe voor onbepaalde tijd doorlopen. Bij het vertrek of overlijden van iemand betaalt men nog 2 maanden de subsidie verder.
De hoogte van de subsidie wordt bepaald door de graad van zorgzwaarte van elke deelnemer, uitgedrukt in B- en P-waarden 1 zoals bepaald door het VAPH (dit wordt door het ZZI bepaald en dat zijn de MDT’s die inschalen). Voor die deelnemers waarvan de B- en P-waarden nog niet bepaald zijn, gaat men uit van een zorggroep 5 (voor dagbestedingsprojecten) en 2 (voor woonprojecten)
Voor zorggroep 5 bedraagt de dagelijkse subsidie 6,07 euro per dag per persoon. Voor zorggroep 2 bedraagt de dagelijkse subsidie voor het woongedeelte: 6,16 euro per dag per persoon en voor het collectieve gedeelte 6,10 euro.
het is VIPA die de subsidie berekend. Het VAPH geeft de som van het totaal aantal plaatsen per zorggroep door.
Voor het jaar van ingebruikname van het gebouw (jaar 0) en het eerste daaropvolgende jaar (jaar 1) gaat men uit van een veronderstelde bezetting (90% van het aantal plaatsen). Vanaf jaar 2 moeten de effectieve aanwezigheidsdagen elk jaar aan de overheid doorgegeven worden. Het ingeven van de aanwezigheden kan gebeuren via het Gir-systeem 2 van een vergunde zorgaanbieder maar mag ook via een eigen excel-lijst (kan enkel via GIR).
3 1 B- en P-waarden zijn een weergave van de nood aan begeleiding en permanentie die een persoon heeft. 2 Het Gir is het Geïntegreerd registratiesysteem van het vaph voor vergunde zorgaanbieders. In dit systeem registreren zij individuele overeenkomsten en geven zij voor elke dag voor elke gebruiker weer welke ondersteuningsfuncties aangeboden worden. 3 Vanaf 220 dagen aanwezigheid in een bepaald jaar, rekent men een volledige jaarsubsidie.
-
Vorm
De (goedkeuring voor) de subsidie moet steeds aangevraagd worden voor dat de uitgaven gebeuren. Een aankoopakte mag dus pas verleden worden of renovatiewerken mogen maar uitgevoerd worden nadat het fiat is gegeven door de Vlaamse overheid. Er wordt geen subsidie gegeven met terugwerkende kracht voor kosten die al eerder gemaakt werden.
De subsidie kan enkel aangevraagd worden door een organisatie (bv. een vergunde zorgaanbieder) of een ouderinitiatief. De subsidie kan niet persoonlijk aangevraagd worden maar moet steeds gebeuren door een rechtspersoon.
De subsidie moet vertaald worden in ‘zichtbare korting’ voor de personen met een beperking voor de woon- en leefkosten. De korting mag wel solidair verrekend worden.
Principes voor het verrekenen van het VIPA-forfait (departementwvg.be) -
Voorwaarden/ checklist
De (huur- of bouw)infrastructuur moet minstens verkregen zijn voor een periode van 25jaar.
De gebouwen moeten aan bepaalde technische en kwaliteitsnormen voldoen. Zo moet er bijvoorbeeld minimaal 30m2 per persoon voorzien worden per kamer en 15 m2 per persoon voor het gemeenschappelijk gedeelte. Voor zwaar zorgbehoevende personen mogen deze twee afzonderlijke oppervlaktes samengeteld worden.
De rechtspersoon die de subsidie vraagt moet een sluitend financieel plan kunnen voorleggen om te tonen dat ze ook zonder de subsidie het project financieel aankunnen.
Er mag geen ‘ongeoorloofd verwantschap’ bestaan tussen de aanvrager van de subsidie en de verkoper/verhuurder van het gebouw. Zo mag de aanvrager bv. geen enige eigenaar geweest zijn van het gebouw.
De subsidies worden niet toegekend aan commerciële bedrijven. -
Enkele adviezen/tips
Het krijgen van VIPA-subsidies is niet langer combineerbaar met het krijgen van een overheidswaarborg bij het afsluiten van een lening bij de banken.
Aangezien de subsidie per deelnemer wordt berekend en uitbetaald, zal deze ook wijzigen wanneer er een deelnemer vertrekt of bij komt in het project.
Als je als rechtspersoon voor meer dan 50% afhankelijk bent van overheidssubsidies, dan ben je gebonden aan de Europese wetgeving ivm de overheidsopdrachten. De toewijzing van het project aan een aannemer zal dan bijvoorbeeld altijd moeten gebeuren met een openbare aanbesteding.
Gezien de complexiteit van deze materie is het aan te raden steeds bij de dienst VIPA ondersteuning en begeleiding te vragen van zodra je denkt een aanvraag in te dienen. Technisch adviseurs en architecten geven al raad en ondersteuning van bij het eerste plan om een dossier in te dienen. Zij zeggen duidelijk wat je moet doen en wat niet. Zo kan je onnodig werk vermijden.
Om deze ondersteuning aan te vragen stuur je best in naam van het ouderinitiatief een mailtje met de vraag naar een ‘begeleiding/vooroverleg’ naar bouwtechnischteam.vipa@vlaanderen.be
Vervolgens zal er een bouwtechnische adviseur als vaste contactpersoon worden toegewezen die contact zal opnemen.
Deze ondersteuning is gratis.
Andere contactgegevens:
Vipa@vlaanderen.be
Ivan De Boom (Ivan gaf de vorming voor GiPSo-leden ivm de VIPA-subsidie en kent dus de specifieke situatie van ouderprojecten). Met algemene vragen mag je ook hem contacteren. Ivan.deboom@vlaanderen.be – 02/553 32 50